Vragen over inzet van gevaccineerde huisartsen en praktijkmedewerkers

NHG, LHV en InEen ontvangen vragen uit de praktijk of de adviezen in de bijlage Uitgangspunten testbeleid en inzet zorgmedewerkers buiten het ziekenhuis uit de LCI-richtlijn COVID-19 ook nog gelden voor gevaccineerde huisartsen/zorgmedewerkers in de huisartsenzorg.  

Zie Uitgangspunten testbeleid en inzet zorgmedewerkers buiten het ziekenhuis | LCI richtlijnen (rivm.nl).

Vaccinatie

Vaccinatie beschermt de gevaccineerde vooral tegen ernstige ziekte, maar de bescherming is niet 100 procent. Het is nog niet bekend hoelang het vaccin werkt. Re-infecties kunnen na vaccinatie nog steeds voorkomen en daarmee kunt u besmettelijk zijn voor ongevaccineerde collega’s of patiënten. Hoe vaak dit voorkomt is nog onzeker en zal in de komende maanden duidelijk worden. We bevinden ons momenteel in een situatie met een hoge prevalentie van COVID-19 waarbij nog maar een klein deel van de bevolking is gevaccineerd.  

Basale infectiepreventiemaatregelen (zoals anderhalve meter afstand houden, handhygiëne, preventief gebruik van PBM) blijven nog altijd van kracht tot de infectiedruk in de toekomst gaat afnemen. 

FMS-leidraad 

NHG, LHV en InEen adviseren om voor huisartsen/zorgmedewerkers in de huisartsenpraktijk aan te sluiten bij de adviezen in de FMS-leidraad Testbeleid Zorgmedewerkers ziekenhuis.

Op hoofdpunten betekent dit voor alle huisartsen/zorgmedewerkers in de huisartsenpraktijk:  

Huisarts/Zorgmedewerker met klachten  

  • Een huisarts/zorgmedewerker met klachten laat zich testen en blijft thuis in quarantaine tot de testuitslag bekend is.  
  • Indien de PCR-uitslag negatief is, mag een huisarts/zorgmedewerker met milde klachten weer werken.  

Huisarts/Zorgmedewerker zonder klachten 

  • Een huisarts/zorgmedewerker zonder klachten, maar met een huisgenoot met bevestigde COVID-19, blijft thuis in quarantaine tot 10 dagen na het laatste risicocontact. 
  • Een gevaccineerde huisarts/zorgmedewerker zonder klachten, maar met een huisgenoot met bij COVID-19 passende klachten kan in afwachting van de testuitslag van de huisgenoot werken met continu gebruik van PBM, te weten chirurgisch mondneusmasker (minimaal type IIR) en handschoenen.  

Zorgcontinuïteit onder druk?

Indien door bovenstaande adviezen de zorgcontinuïteit1 in het gedrang komt, dan zal de werkgever/opdrachtgever moeten prioriteren of hij een gevaccineerde huisarts/zorgmedewerker onder bepaalde voorwaarden toch laat werken, bij voorkeur voor werkzaamheden zonder ‘fysieke’ spreekuren.

Voorwaarden voor deze groep zijn in elk geval:  

A. quarantaine tot een negatieve PCR-test op dag 5. Hierna kan de huisarts/zorgmedewerker werken indien deze continu gebruikmaakt van PBM.  

B. Indien 5 dagen quarantaine ook niet kan, vanuit het oogpunt van zorgcontinuïteit, dan dagelijks een antigeensneltest aan het begin van de werkdag. Bij een negatieve sneltest kan deze huisarts/zorgmedewerker werken, mits met continu gebruik van PBM. Op dag 5: zie A.  

Indien ondanks bovenstaande adviezen de zorgcontinuïteit1 nog verder in het gedrang komt, dan zal de werkgever/opdrachtgever moeten prioriteren of hij ook ongevaccineerde huisartsen/zorgmedewerkers of huisartsen en zorgmedewerkers van wie de vaccinatiestatus onbekend is onder bepaalde voorwaarden toch laat werken, bij voorkeur voor werkzaamheden zonder ‘fysieke’ spreekuren. Voorwaarden voor deze groep zijn in elk geval A en B.

 1Personeel kritisch voor zorgcontinuïteit zijn essentieel voor de organisatie. Bij wegvallen kunnen cruciale elementen van de zorg niet geleverd worden.