Inzet en testbeleid zorgmedewerkers

Het NHG adviseert om voor zorgmedewerkers, inclusief huisartsen, in de huisartsenpraktijk aan te sluiten bij de adviezen in de LCI-bijlage ‘Uitgangspunten testbeleid en inzet zorgmedewerkers buiten het ziekenhuis‘.

Op hoofdpunten betekent dit voor alle zorgmedewerkers in de huisartsenpraktijk:

  • Zorgmedewerker met klachten passend bij COVID-19

Een zorgmedewerker met klachten laat zich (ongeacht de immuunstatus) testen d.m.v. een PCR-test en blijft thuis in quarantaine tot de testuitslag bekend is.

  • Zorgmedewerker met positief geteste huisgenoot

Zorgmedewerkers met een huisgenoot met COVID-19, gaan, ongeacht hun immuunstatus, in quarantaine. Zij gaan niet naar hun werk en laten zich zo snel mogelijk testen (dag 0) d.m.v. een PCR test. Daarnaast laten zij zich testen op dag 5 nadat de huisgenoot positief getest is (of eerder bij klachten).

De zorgmedewerker draagt in elk geval tot en met de 10e dag na het laatste contact met de positief geteste huisgenoot tijdens het werk steeds een chirurgisch mondneusmasker ten minste type IIR en houdt zoveel mogelijk 1,5 meter afstand van patiënten en collega’s.

  • Zorgcontinuïteit in het gedrang

Indien door bovenstaande adviezen de zorgcontinuïteit in het gedrang komt, dan zal de werkgever/opdrachtgever moeten prioriteren of hij een zorgmedewerker onder bepaalde voorwaarden toch laat werken.

Voor aanvullende informatie zie Inzet en testbeleid zorgmedewerkers.